Hieronder vind je alle antwoorden op door huurders veel gestelde vragen over kamerverhuur.
Voor een overzicht van de mogelijkheden, zie kamer zoeken.
De huur bestaat uit twee delen: kale huur en servicekosten. De maximale kale huur kun je berekenen met de rekenmodule.
Servicekosten kunnen onder meer bestaan uit energie- en water kosten en administratieve kosten. Op de servicekosten mag de verhuurder geen winst maken. De verhuurder is verplicht jaarlijks een overzicht van der servicekosten te geven. Voor meer info, zie servicekosten.
Soms is de huurprijs niet gesplitst in kale huur en servicekosten. Dit heet dan de all-inhuur. Het voordeel van all-inhuur voor de huurder is dat de verhuurder geen huurverhoging mag vragen. Het nadeel is dat all-inhuur niet getoetst kan worden aan de hand van het puntensysteem.
Dan kun je een procedure starten bij de Huurcommissie. Er zijn twee verschillende procedures: een voor als je minder dan zes maanden in je kamer woont en een voor als je er langer woont. Woon je er minder dan zes maanden, dan kun je met terugwerkende kracht alle teveel betaalde huur terug krijgen. Voor meer info, zie huurverlaging.
Dat hoeft alleen als de huurverhoging aan bepaalde voorwaarden voldoet. Voor meer info, zie huurverhoging.
Dat kan alleen in sommige gevallen. Voor meer info, zie huurbescherming.
Een kamer geldt meestal als onzelfstandige woonruimte. Een onzelfstandige woonruimte is een woonruimte zonder eigen voordeur waar het toilet en/of de badkamer gedeeld wordt met bewoners van andere woonruimtes in hetzelfde pand. Bewoners van onzelfstandige woonruimte komen doorgaans niet in aanmerking voor huurtoeslag. Er zijn echter grensgevallen waarbij kamerbewoners toch huurtoeslag kunnen krijgen. Voor meer informatie kunt je terecht bij uw gemeente.
In veel gevallen kunt u terecht bij de Huurcommissie. Soms is een gang naar de rechter nodig. Je kunt ook de LSVb-studentenlijn (Landelijke Studenten Vakbond) bellen voor hulp en advies.